Welkom in
Eigenbilzen
        P/a: Hartenberg 2
        3740 Eigenbilzen

IBAN: BE34 7512 0893 3390
Eigenbilzen
Maandag 8 januari 2018 werd begonnen met de demontage. Het orgel werd overgebracht naar het atelier in Stavelot. De voorziene duurtijd van de restauratie is 22 maanden.

Dhr. Wim Winters, orgelontwerper, zag samen met dhr. Michel Lemmens, erfgoedconsulent van het Agentschap Onroerend Erfgoed, erop toe dat deze restauratie gebeurde met oog voor de historische, muzikale en esthetische kwaliteiten van het oorspronkelijke Clerinxorgel.
Het Clerinxorgel – Eigenbilzen

Over het orgel:

Arnold Clerinx, een befaamd orgelbouwer uit Sint-Truiden, bouwde het orgel in onze kerk in het jaar 1852. het is een indrukwekkerd orgel van ruim zes meter hoog. Sedert 2003 staat het op de lijst van de beschermde monumenten.

De restauratie van het orgel


Eerst nog een korte toelichting.
·         Op 15 december 2003 ondertekende Paul Van Grembergen, minister van de Vlaamse Gemeenschap, het ministerieel besluit waarin het Clerinxorgel in de Sint-Ursulakerk te Eigenbilzen wordt beschermd als monument wegens de historische en sociaal-culturele waarde.
·         Op 15 maart 2016 keurde Geert Bourgeois, Vlaams minister van Buitenlands Beleid en Onroerend Erfgoed, het ingediende restauratiedossier goed en besliste de restauratiepremie van 80 % van de geraamde kosten toe te kennen.
·         Op 24 januari 2017 werd het dossier met de toekenning van de werkzaamheden aan “Manufacture d’orgues Thomas” uit Stavelot goedgekeurd door het Agentschap Onroerend Erfgoed.
December 2019 werd het orgel terug geplaatst. Met een kraan werd de orgelkast terug op het oksaal gehesen, hetgeen geen eenvoudige klus was met een gevaarte zoals een riant tuinhuis. Dit alles gebeurde onder toeziend oog van Nestor en Freddy Moors .
Niet alleen is er een nieuwe geruisloze motor geplaatst, maar de enorme blaasbalgen kunnen voortaan ook weer door een pedaaltrapper voorzien worden van lucht.”

Maar eerst wordt er door een team van specialisten nog een aantal weken hard doorgewerkt. “Het inwendige onzichtbare pijpwerk, met in totaal 896 tinnen pijpen, wordt nog nauwkeurig geassembleerd. Na nieuwjaar volgt dan het afstellen van de juiste toonhoogte. De klankkleur en toonhoogte van elke orgelpijp wordt dan aangepast aan de akoestiek van de kerk. Het aanzicht van het orgel is ook gedraaid, zodat de organist nu met zijn rug naar de kerkruimte zit.”